Innerlijk kind. Het leven door de ogen van een kind.
In deze blog verplaats ik mij in een kind. Het leven door een kind zijn of haar ogen. Op het eerste oog gewoon een verhaal, maar ervaar en voel…
Hocus pocus…ik wou dat ik weer even voor deze blog kind was…
*PLOP*
Huh?! Wat gebeurt er? Ik voel me vreemd wanneer ik voorgaande zin typ. Mijn hoofd…zo licht…
Mijn handen. Dat zijn niet mijn handen. Het zijn kleine handen, nog zo zacht, rimpelloos. Ik kijk naar beneden….Zachtjes zucht ik…Ik schrik: is dit mijn stem? Nee, dit kan niet waar zijn! Zachtjes en hoog.
Langzaam kom ik tot mijn besef dat het echt zo is. Ik heb mijzelf in een kind getoverd. Echt, he!? Dat betekent dat ik lekker mag spelen, ontdekken…
Wat zal ik eens gaan doen? Waar heb ik zin in?
Ja! Ik weet het. Ik wil naar buiten. Er ligt sneeuw. Zal het ijs van het meertje achter ons huis al bevroren zijn? Van mama moet ik voorzichtig zijn…dat weet ik toch wel! Ik ben al 6! Al heel groot, dus…Mama testte laatst het ijs, maar mama was te zwaar *gniffel* Ik niet! Ik ben wel groot, maar niet zo zwaar als mama en papa. Ik gooi er eerst wel iets zwaars op of ik probeer het ijs te krakken met een dikke tak. Genoeg takken en grote. Sommigen nog groter dan ik ben. Echt joekels! Maar ik ben sterk, bijna net zo sterk als papa.
Ik ga mijn pak aan doen. Het is koud. Ik voel even, hoe koud…oh ja, best koud. Dat wordt ook mijn handschoenen aan en een muts op. Ik vraag mama of de handschoenen al droog zijn. Die waren echt helemaal nat geworden gisteren toen ik in de sneeuw speelde…brrrr ik vind sneeuw heel erg leuk, maar soms word ik zo koud door mijn handschoenen. Heel stom: ze zijn niet waterdicht!
Gelukkig: mijn handschoenen zijn droog. Ik kan al helemaal alleen mijn pak aan doen en ook mijn schoenen. Ik hoef lekker niet te strikken…gewoon erin stappen en klaar. Alleen moet mama mij wel helpen met de handschoenen. Ik word al echt groot, maar ik vind het ook wel fijn wanneer mama mij nog af en toe helpt. En soms heb ik gewoon geen zin om het te doen, maar de handschoenen aan lukt mij echt niet. Eerlijk!
Wel kan ik mijn schoenen opruimen, of mijn tas leeghalen. Maar ik vind het stom om dat te doen. Mama moppert dan op mij en dan lach ik maar lief naar haar. Ik merk dat dat soms wel helpt…mama moet dan ook lachen en is dan alweer minder boos. Dat vind ik altijd wel een leuk spelletje en vaak knuffelt ze mij dan daarna.
Wanneer mama mij knuffelt, vind ik dat zo fijn. Ik word er warm van en vind haar dan heel erg lief. Mijn mama moppert veel, maar ze is zo lief. Het is mijn mama. Soms zeg ik dat haar: ‘ik vind je lief’ of ‘ik houd van je’. Ik voel dan dat mijn mama blij wordt. Ik maak haar graag blij…
Inmiddels heb ik het pak en mijn schoenen aan en heeft mama mijn handschoenen aangedaan. Mama wenst mij veel plezier…Ik ren naar buiten. Ik word altijd zo blij om buiten te zijn. Lekker rennen en dan met die sneeuw. Nog leuker! En veel, echt megaveel. Alleen geen plaksneeuw. Gisteren wilde ik een sneeuwbal maken, maar die stomme sneeuw bleef niet plakken. Nou ja, dan maar naar het vijvertje.
Hé, ik zie een spoor…Ik heb van mama geleerd welke diersporen er allemaal zijn. Ik ken de hazensporen, de hertensporen, de lynxsporen, de vossporen, de elandsporen. Allemaal… in de tuin hebben we heel veel hazensporen. Ah, ik zie er een paar…en ook zag ik laatst hertensporen. Mama ziet ze altijd. Die houdt van sporen zoeken. Als mama dat doet, wordt ze altijd heel blij. Ze kan dat ook heel goed. Soms kijken we samen en overleggen we welk dier het is. Soms weet ik meer en beter dan mama. Maar dat geeft niet. Zij weet ook heel veel. Stiekem weet ik meer, maar dat zeg ik niet tegen mama.
Ik zie daar hertensporen…wow, wat diep! We hebben echt veel sneeuw. Pffff mijn voeten zakken helemaal weg. Gelukkig ben ik heel sterk en kan ik goed door de sneeuw lopen. Ah, daar is een megajoekel tak. Die neem ik mee… *zwaai zwaai zwiep zwiep* Hoppa over mijn schouder. Kijk eens hoe sterk ik ben! Net als Pippi. Pippi kan een paard optillen. Een paard met de boeven. Echt super duper sterk. Maar ik ook hoor! Kijk dan!
Die stok ga ik heel ver weggooien op het ijs…pas op, aan de kant! Huh! Jee, dat ijs is echt megadik. De stok is zo groot en zwaar en het ijs gaat gewoon niet stuk. Ik ga voorzichtig op het ijs staan. Ik durf dat, ik ben niet bang. Mijn broertje is wel een bangerd. Ik niet. Nooit. Soms vind ik iets gewoon stom. Mijn zus denkt dan dat ik bang ben. Tssss, dat ben ik niet. Soms is gewoon iets stom en dan doe ik het niet. Ik ga geen stomme dingen doen, alleen leuke dingen.
Zie je, ik durf op het ijs te staan. *krrrrak* Wat is dat?! Zie je hoe groot ik al ben? Het ijs gaat kraken. Dat gebeurde ook bij mama. Die ging gillend weer snel aan de kant…mama is echt een bangerd. Bang voor spinnen en toch moppert ze op papa wanneer die spin, oeps, dood wordt gemaakt…
Papa haalt zelfs de aardappelen uit de kelder voor mama. Want daar zijn echt heel veel spinnen en best wel groot. Papa is helemaal niet bang. Ik wel een beetje, maar dat moet je niet verder vertellen…maar mama durft dus niet daar heen. Ze is echt heel erg bang voor spinnen. Alleen hele kleintjes vindt ze niet zo eng, toch vraagt ze papa om een spin voor haar naar buiten te doen. Hahaha, mama is echt een bangerd. Maar mama kan wel hele fijne knuffels geven…mama is lief. Papa vind ik ook heel erg lief. Die is nooit bang en weet heel veel!
Ik heb het koud…brrr…ik ga weer naar binnen. En ik heb honger. Ah, daar is weer een hertenspoor. Die zag ik zo straks ook al. Ik ga even het spoor volgen…oh, die gaat de andere kant op. Ik heb geen zin. Ik heb het koud en ik heb honger. Volgens mij is het al bijna thee en koekjestijd. Ik loop in mijn oude voetsporen. Ha! Achterste voren. Dat is een leuk spelletje. ‘Met 1 been op de stoep, met 1 been in de goot…eh sneeuw.’ Het liedje heb ik van mama gehoord en geleerd…is van Kinderen voor kinderen. Sneeuw is lava…snel het trappetje op…brrr…snel naar binnen.
‘MAMAAAAA!! Wil je mij helpen? MAMAAAAA!’ Waarom komt ze niet? Als het pak nat is, vind ik het altijd lastig om deze uit te doen…en ik vind nat koud…Met moeite krijg ik mijn handschoenen uit. Ik zie daar grote handen, beetje rimpelig…ik probeer het nog één keer: ‘MAMAAAA!’ Mijn stem klinkt laag en hard…mijn dochter komt aangelopen…ze kijkt mij vreemd aan. Ik doe net alsof het de normaalste zaak van de wereld is: ‘Hoi, lieverd!’ En geef haar een kus op haar voorhoofd.
0 reacties